Nationaliteit

Hoe tabellen/figuren lezen?

Bijvoorbeeld: In 2022 heeft 4,5% van de medewerkers in de social profit de niet-Belgische nationaliteit, terwijl dit op de Vlaamse arbeidsmarkt 9,2% van de medewerkers is. Het aandeel nieuwe Belgen dat in de social profit werkt ligt op 9,8% en globaal op de Vlaamse arbeidsmarkt 10,2%.

  • Nieuwe Belgen
  • Niet-Belgen (EU)
  • Niet-Belgen (buiten EU)

Methodologie

Nationaliteit

Met medewerker verwijzen we naar de loontrekkende werknemer, woonachtig in het Vlaams Gewest, ongeacht de plaats van tewerkstelling. Het betreft de loontrekkende werknemer die, via de multifunctionele aangifte (DMFA), wordt aangegeven bij de RSZ. We werken hier met de interactieve toepassing van het datawarehouse.

De nationaliteit van de medewerkers

De KSZ heeft een unieke koppeling met de Rijksregistergegevens en de gegevens van de loontrekkenden. Binnen de Belgen kunnen we de “nieuwe Belgen” onderscheiden. De nieuwe Belgen definiëren we hier als de medewerkers met een actuele Belgische nationaliteit, maar die bij geboorte (eerste nationaliteit) een andere dan de Belgische nationaliteit bezaten.

De medewerkers met een niet-Belgische nationaliteit worden opgedeeld in:

  • Medewerkers met een nationaliteit uit de buurlanden (Nederland, Frankrijk, Luxemburg en Duitsland).
  • Medewerkers met een nationaliteit uit Noord-EU (Ierland, Verenigd Koninkrijk, Zweden, Denemarken en Finland).
  • Medewerkers met een nationaliteit uit Oost-EU (Letland, Estland, Litouwen, Slovenië, Slovakije, Tsjechië, Roemenië, Polen, Bulgarije, Oostenrijk en Hongarije).
  • Medewerkers met een nationaliteit uit Zuid-EU (Griekenland, Cyprus, Malta, Italië, Spanje en Portugal).
  • Medewerkers met een nationaliteit uit andere Europese landen.
  • Medewerkers met een nationaliteit uit Afrika.
  • Medewerkers met een nationaliteit uit de andere landen.

Ik help je graag

Dirk Malfait

Dirk Malfait

Beleidsadviseur arbeidsmarkt en onderwijs

Stel je vraag