Als je goed wil kunnen omgaan met anderen, vertrek je best vanuit een aantal principes. Wij stellen er graag 5 voor en leggen je uit waarom.
Afwisseling ten top
Vaak werken in ondernemingen een verscheidenheid aan mensen samen. Elk individu heeft een andere achtergrond. Zijn/haar eigen persoonlijkheid, levenservaringen, persoonlijke voorkeuren, sociale achtergrond, ethnische cultuur...
Dit maakt dat ieder zo zijn gewoontes heeft. Denk aan hoe jij verschilt van je cliënteel, de collega's, een leidinggevende, een directielid of welke betrokkene dan ook.
Houden we hier geen rekening mee, dan zijn er onnoemelijk veel redenen tot het ontstaan van misverstanden. Denk maar aan de verschillende ervaringen die jij hebt dankzij wie je bent. Man of vrouw, iemand uit een jongere of een oudere generatie, iemand met een handicap, iemand in armoede, ...
Neem jij of een collega een minder 'gangbare' cultuur met je mee? Dat bepaalt hoe jij of je collega een ander begroet, hoe jij of een collega zich kleedt enzomeer.
Hoe ga je bijvoorbeeld om met de vraag van een moeder om de lunchpauze in te korten? Of een moslim of moslima om te mogen bidden tijdens de werkdag? Hoe ga je om met het aanpassen van maaltijden (halal, vegetarisch,...)? Allemaal vragen waar je misschien al mee in aanraking kwam.
Zelfs elke nieuwe medewerker neemt een andere cultuur of gewoonten met zich mee. Zij het dan een andere 'organisatiecultuur' of andere werkgewoonten.
5 Principes
1) Normaliteit: We moeten diversiteit als een normaal fenomeen zien. Een normaal fenomeen waar iedereen dagelijks mee te maken krijgt. Diversiteit benoemen we overigens als een hele brede term. We zijn namelijk allemaal heel 'divers' of verschillend. Ieder heeft zijn persoonlijke eigenschappen, ervaringen, behoeften, maar zeker ook sterktes.
2) Vooroordelen en discriminatie bannen: Het is belangrijk om vooroordelen en veralgemeningen waar mogelijk en zeker indien wenselijk te vermijden. Wees je bewust van elke vorm van discriminatie.
3) Multiperspectiviteit: Ook discriminatie kan je bekijken vanuit verschillende invalshoeken. Het oogpunt van gebeurtenissen, contexten en personen zijn hier voorbeelden van.
4) Flexibiliteit: Deze term verwijst naar je aanpassingsvermogen. Het gaat hier over functioneren in verschillende contexten. In de wereld van vandaag opereren we heel vaak in wisselende omstandigheden. We komen in aanraking met nieuwe situaties.
5) Dialoog en samenwerking: Als we met elkaar in dialoog gaan, en sterker nog, met elkaar gaan samenwerken. Dan kan je steeds leren van elkaar. Leren vanuit andermans visies, ervaringen en competenties.
Elkaars taal begrijpen is een essentieel onderdeel om open te kunnen staan voor de ander. Wil je daar in jouw team(s) graag aan werken?
Neem dan zeker onze Gids 'Taal op het werk' eens door.
