Na negen maanden onderhandelen is er eindelijk een akkoord tussen werkgevers, werknemers en de overheid voor een nieuw ambitieus intersectoraal sociaal akkoord voor de social profit.
Na het voorakkoord van 24 november 2020, het deelakkoord rond koopkrachtverhoging van 22 december 2020 en het deelakkoord rond koopkracht en kwaliteitsmaatregelen in de maatwerkbedrijven (15 januari 2021), is er de afgelopen maanden hard gewerkt om een finaal akkoord te vinden. Dit akkoord valoriseert niet alleen de bijzondere inspanningen van alle sociale ondernemingen tijdens deze coronacrisis, maar kijkt ook vooruit naar de dringende uitdagingen op vlak van personeelskrapte, werkbaarheid, digitalisering en duurzaamheid. Het akkoord is goed voor een jaarlijks terugkerend budget van 577 miljoen euro, waarvan 412 miljoen euro voor de verhoging van de koopkracht van de medewerkers en 165 miljoen euro voor ‘kwaliteitsmaatregelen’.
Aantrekkelijkheid social-profitberoepen gaat erop vooruit
Voor de verhoging van de koopkracht in de social profit, werden de principes uit het deelakkoord van 22 december verder uitgewerkt. Er komt een structurele loonsverhoging voor iedereen, met daarbovenop voor een aantal focusfuncties een forse bijkomende verhoging om gelijkwaardigheid na te streven met vergelijkbare functies in de ziekenhuizen. In de meeste sectoren krijgen de medewerkers ook een eenmalige consumptiecheque van €300 als bedanking voor de inzet tijdens de coronacrisis.
Naast de verhoging van de koopkracht, komen er ook veel kwalitatieve ingrepen om de aantrekkelijkheid van de beroepen te versterken. Zo wordt er geïnvesteerd in minstens 2500 nieuwe medewerkers om de werkdruk in de zorg- en welzijnssectoren te verlagen. De sociale partners zullen bovendien de dialoog over kwaliteitsvolle loopbanen verderzetten en er komt meer ruimte voor bijscholing.
Tijdens de coronacrisis werd het belang van intersectorale samenwerking en multi-inzetbaarheid van medewerkers duidelijker dan ooit. De sociale partners en de overheid willen bestaande drempels die samenwerking bemoeilijken op korte termijn in kaart brengen en er samen oplossingen voor zoeken.
Verhogen instroom blijft topprioriteit
Het knelpuntkarakter van heel wat vacatures in de social profit blijft op korte en middellange termijn hét aandachtspunt voor quasi alle social-profitondernemingen. Minstens tot 2026 zoeken de meer dan 16.000 vestigingen elk jaar ongeveer 46.000 medewerkers, waarvan 9.000 vervangingen door pensionering. Om deze uitdaging het hoofd te bieden, voorziet het akkoord enerzijds een volgehouden inspanning richting de generatiestudenten voor opleidingen zoals verpleegkunde, maar ook meer maatregelen om zij-instromers (werkzoekenden, niet-actieven, mensen die zich willen omscholen, …) aan te trekken. Alle partners werken samen aan een nieuw geïntegreerd actieplan (periode 2021-2024) en een structureel orgaan voor de uitwerking ervan naar analogie met de STEM-structuren.
Digitalisering en duurzaamheid
De sociale ondernemingen bleken essentieel tijdens de coronacrisis maar zullen dat post-covid, tijdens de relance, des te meer zijn. De Vlaamse regering onderzoekt daarom hoe de sociale ondernemingen beter toegang kan gegeven worden tot de subsidie- en financieringsmechanismen die gebruikt zullen worden voor de uitvoering van de relancemaatregelen voor de Vlaamse ondernemingen. Vanuit de zorg- en welzijnssector kunnen er inhoudelijke linken gelegd worden met enerzijds het relanceplan “Vlaamse Veerkracht” en anderzijds het VESOC-akkoord “Alle hens aan dek”.
Alle sociale ondernemingen, ook in de socio-culturele sectoren en de sociale economie, worden in hun interne werking uitgedaagd door de digitale transitie. Daarom wordt er binnen VIA6 in 2021 een budget van 5 miljoen euro voorzien om de digitale werking van sociale ondernemingen te versterken.
De activiteiten van de social profit hebben ook een impact op de realisatie van de Sustainable Development Goals (SDG’s) of Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen, zowel in positieve als in negatieve zin. Om werk te maken van een versnelling van de bekendmaking en de verdere implementatie van de SDG’s in de sociale ondernemingen wordt eenmalig een budget voorzien binnen VIA6 van 1.000.000 euro voor intersectorale acties en opleiding- en vormingsinitiatieven.