Nog altijd zijn er veel openstaande vacatures in de zorgsector. Om nieuwe mensen aan te spreken, zet VDAB steeds meer in op diversificatie. “In iedere mens schuilt wel een witte raaf”, zegt clustermanager Michiel Bonte.
Met meer dan 7.000 openstaande vacatures blijft de instroom in de zorgsector een ernstig probleem, zo blijkt uit de recentste cijfers van de Vlaamse dienst voor arbeidsbemiddeling (VDAB). Vooral aan verpleegkundigen (2.355 mensen nodig), begeleiders in de kinderopvang (955 vacatures), zorgkundigen (840 mensen gezocht) en opvoeder/begeleiders (694 openstaande posities) is er een acute nood. “Al vanaf 2021 zien we dat er veel meer vacatures blijven openstaan in de zorg dan in de jaren daarvoor”, zegt Michiel Bonte, manager van de beroepencluster zorg en onderwijs bij VDAB. “Het laatste jaar hebben we wel een lichte daling gezien, maar de openstaande vacatures blijven zeer hoog ten opzichte van de jaren voor corona.”
Bekendmaking
Om op korte termijn beduidend meer mensen naar de zorgsector toe te leiden tekende VDAB een strategie op vier pijlers uit. De eerste daarvan is bekendmaking: potentiële medewerkers via zoveel mogelijk kanalen laten weten wat de mogelijkheden zijn. “Daar zetten we heel hard op in”, zegt Bonte. “Op geregelde tijdstippen lanceren we always-on-campagnes op social media, dat is nog altijd het kanaal waarmee we de meeste mensen bereiken. We zijn niet alleen gericht op potentiële medewerkers, maar ook op werkgevers: die proberen we te sensibiliseren om in te zetten op inclusiviteit en diversificatie, om mensen met een verscheidenheid aan achtergronden een kans te geven. In iedere mens schuilt wel een witte raaf.”
“Verder zijn we enkele jaren geleden gestart met digitale infopakketten, die we intussen hebben voor alle knelpuntberoepen in zorg en welzijn. Binnenkort breiden we dat uit met infopakketten rond het volgen van een opleiding, omdat daar zeker voor zorgberoepen wel een en ander bij komt kijken: wat zijn de toelatingsvoorwaarden voor een bepaalde opleiding, met welke formaliteiten moet ik in orde zijn, enzovoort. We werken daarin veel met testimonials, om mensen echt warm te maken voor werken in de zorg. En, tot slot, stappen we meer proactief op de potentiële medewerkers af. Met onze jaarlijkse, per provincie georganiseerde beleefdagWerken in de zorg bijvoorbeeld, dit jaar op 23 april.”
Screening
Eens er potentiële nieuwe medewerkers zijn geïdentificeerd, moeten hun competenties en aspiraties in kaart worden gebracht. Daarvoor zet VDAB sterk in op de tweede pijler: screening. “Vaak hebben mensen die wel geïnteresseerd zijn nog geen geschikt diploma of getuigschrift om in de zorg te mogen werken”, zegt Bonte. “Maar we screenen in eerste instantie vooral op competenties in aanleg, en essentiële attitudes zoals empathie. Om de rest in te vullen, zijn er opleidingen, een leerweg die niet noodzakelijk stopt op het moment waarop de vacature is ingevuld: we werken sterk op jobcoaching op de vloer. Voor praktische drempels, zoals vervoer en kinderopvang, zoeken we mee naar oplossingen. Ook aan competentieverschillen, zoals taal en digitale vaardigheden, kunnen we sleutelen. Ondertussen heeft 29 procent van al wie zich aandient bij VDAB een heel beperkte tot helemaal geen kennis van het Nederlands: wij zien daar, met de oplossingen die we hebben om die taalkennis te versterken, vooral een enorm potentieel in voor de zorg.”
“Meer dan zeven op de tien afgestudeerden in een zorg- of welzijnsrichting is binnen de drie maanden aan het werk” - Michiel Bonte
Competentieversterking
En dan, wanneer de potentiële witte raven gevonden zijn, wordt het tijd voor competentieversterking. “Dat is natuurlijk een belangrijke, ook al vanuit de kwalificatienood die er bestaat in de zorg”, zegt Bonte. “Opleidingen zijn daarbij belangrijk, maar ook een sterke connectie met de werkvloer, onder meer via stages.”
Vanzelfsprekend wordt er door de sector nog sterk gerekruteerd op de schoolbanken. “Meer dan 70 procent van alle afgestudeerden in een zorg- of welzijnsrichting is binnen de drie maanden aan het werk. Een zorg- of welzijnsdiploma biedt dus snel loopbaanperspectief. Maar ook daar kijken we tegenwoordig al wat verder dan alleen de zorgrichtingen.”
Loopbaandenken
De vierde pijler van de VDAB-zorgaanpak, loopbaandenken, is ook belangrijk voor de sector. “Die moet natuurlijk van een instroom worden verzekerd, maar ze moet ook mensen zien instromen die van plan zijn om een loopbaan uit te bouwen in de zorg”, zegt Bonte. “De ‘leerladders’ in de zorg biedt mogelijkheden om door te blijven groeien, bijvoorbeeld van zorgkundige naar verpleegkundige - zijn een enorme troef. Positief is dat de sector recentelijk verscheidene formules heeft uitgebouwd waarin zorgmedewerkers kunnen blijven leren terwijl ze al op de werkvloer staan. Ik denk bijvoorbeeld aan het structureel instroomkanaal. Daarvoor werken verscheidene partners en actoren samen, waaronder Verso en het politieke beleid.
De meerwaarde? VDAB kan mensen ondersteunen in hun eerste stappen richting de zorg, de sector kan hen verder versterken doorheen hun loopbaan. Ook worden geïnteresseerde mensen, van werkzoekende tot werkende, gericht doorverwezen naar het meest passende traject. Complementair proberen de verschillende partners zoveel mogelijk terrein te bestrijken. Onze provinciale netwerkmanagers onderwijs werken ook samen met bijvoorbeeld het onderwijs rond een diverse opleidingsaanbod, maar we stemmen de mogelijkheden om op de vloer te blijven leren ook af met de werkgevers.”
“We kijken allang verder dan onze ‘klassieke’ doelgroep van uitkeringsgerechtigde werkzoekenden” - Michiel Bonte
Zij-instroom
Grote aandacht bij dit alles gaat naar zij-instromers: mensen die niet noodzakelijk opgeleid waren voor de zorg, maar op een gegeven moment wel de roep van de sector aanhoorden. Dat is iets wat over de hele sector speelt. “Schoolverlaters kunnen momenteel niet volledig de uitstroom opvangen”, zegt Bonte: “We zitten met een tekort van 19 procent: voor iedere honderd personen die de arbeidsmarkt verlaten, zijn er maar 81 schoolverlaters. De enige oplossing is ons meer op activering richten. Hier zien we de start van een kentering: tussen 2019 en nu hebben er 400.000 mensen die voordien niet actief waren op de arbeidsmarkt zich ook ingeschreven bij VDAB. We kijken allang verder dan onze ‘klassieke’ doelgroep van uitkeringsgerechtigde werkzoekenden: ook naar mensen met een leefloon, mensen die de taal nog niet helemaal spreken, mensen met een arbeidsbeperking. Vaak ook mensen die na langere tijd hun herintrede maken op de arbeidsmarkt, en die wat extra remediëring nodig hebben of gebaat zijn met een verlengd traject. Daar moeten we dan, samen met de werkgevers, in kunnen voorzien. De beste aanpak blijft een gediversifieerd aanbod, dat in lijn ligt met de populatie.”
Nieuwe knelpunten
Ondertussen blijft het aantal knelpunten in de zorg verder toenemen. “De redenen ken je: vergrijzing, een toenemende zorgbehoefte, op zich is het iets wat in andere sectoren ook opspeelt”, zegt Bonte. “Maar in de socialprofit zien we een aantal nieuwe knelpunten opduiken. Ergotherapie bijvoorbeeld, begeleider in de kinderopvang, of begeleider in de sociale economie: rond de nieuwe knelpunten zetten we vrij snel een erkend opleidingsaanbod op. VDAB beschouwt competentieversterking als een belangrijke brug om de vacatures in zorg en welzijn in te vullen. Naast ‘klassieke’ opleidingen breidden we ons aanbod uit met andere wegen die de competenties van mensen valideren en hen ook sneller inzetbaar maken. Voorbeelden daarvan zijn EVC (erkennen van verworven competenties) of ondersteuning bij het erkennen van een buitenlands diploma.”
Uit het Verso-memorandum
Verso staat in haar memorandum uiteraard ook uitgebreid stil bij de nijpende situatie op de arbeidsmarkt. Daarbij pleiten we ook voor voldoende aandacht voor retentie. Naast antwoorden op de toenemende krapte en de zoektocht naar medewerkers, hebben we ook nood aan meer maatregelen die de werkzaamheid en de werkbaarheid verder verhogen.
Werkgevers zijn bondgenoten van VDAB. Van VDAB verwacht Verso voldoende bemiddelaars om werkzoekenden op een actieve wijze te begeleiden naar vacatures. VDAB moet ook blijven investeren in opleidingen die in eerste instantie toeleiden naar knelpuntberoepen. Voor werkzoekenden en herintreders is er nood aan een grondige screening, doorgedreven begeleiding en efficiënte trajecten naar werk.
Aan de politiek vraag Verso dat de actorrol van VDAB duidelijker wordt geëxpliciteerd en dat de taakverdeling met en tussen de partners goed wordt afgebakend. Dit impliceert ook een helder uitbestedingskader. Binnen dit uitbestedingskader moet het werken via raamovereenkomsten (subsidies) een belangrijke plaats blijven innemen. Evident moet dit uitbestedingskader beantwoorden aan de legistieke vereisten. Duurzame partnerschappen met expertisepartners uit de social profit (zoals maatwerkbedrijven en werkplekarchitecten) zijn daarbij te verkiezen boven volatiele tenders.