In een wereld waar innovatie-inspanningen toenemen, mogen we de cruciale rol van sociale ondernemingen meer in de verf zetten. We hebben immers nog te weinig de gewoonte om innovaties en innovators uit de social profit in het spotlicht te plaatsen. Een rijk ondersteuningsaanbod professionaliseert zich in Vlaanderen rond ondernemen en innoveren (O&I), maar niet alle sociale ondernemingen vinden vlot hun weg naar passende ondersteuning. Hoe zorgen we voor een gelijk speelveld voor alle type ondernemingen?
Nu de Vlaamse onderhandelaars hard aan het werk zijn een evenwichtig regeerakkoord op te stellen, vinden we het belangrijk om te wijzen op de vele inspirerende innovatieve voorbeelden uit sociale ondernemingen. De digitale transitie dwingt hen om snel mee te evolueren, met aandacht voor onder meer cyberveiligheid, artificiële intelligentie en hybride zorgpaden. Ze lopen voorop in het realiseren van duurzame en sociale doelstellingen en hebben zich de afgelopen jaren gepositioneerd als koplopers op het gebied van innovatie. Denk maar aan cybersecurity-oplossingen voor zorginstellingen, AI-toepassingen in de kringloopwinkels en blended dienstverlening in de jeugdhulp.
Maar ondanks deze inspirerende voorbeelden zien we nog te weinig doorstroom naar grote Europese subsidies of Vlaamse initiatieven zoals de Tetra-, Coock- of Coock+-tenders. Sterker nog, veel steuninstrumenten zijn nog steeds exclusief gericht op for-profitondernemingen, zoals de ecologiepremie+ en de KMO-portefeuille. Dit roept de vraag op: hoe komt dat?
Eengemaakt Wetboek Vennootschappen en Verenigingen
De volwaardige erkenning van sociale ondernemingen als belangrijke spelers in het ondernemingslandschap is eigenlijk relatief nieuw. Pas met de eenmaking van het Wetboek Ondernemerschap dat gefinaliseerd werd in 2024 worden sociale ondernemingen juridisch gelijkwaardig aan andere ondernemingen. Dit is een cruciale stap, want in Vlaanderen zijn sociale ondernemingen historisch gezien goed vertegenwoordigd in de economie. Dit in tegenstelling tot veel andere landen, waar taken in zorg, welzijn en sociaal-cultureel werk uitgevoerd worden door ofwel de overheid, ofwel commerciële bedrijven.
Hoewel er sinds januari 2024 wettelijk gezien dus geen onderscheid meer gemaakt wordt tussen sociale ondernemingen en andere bedrijven, zien we dat er nog wel een inhaalbeweging nodig is om de bestaande regels en procedures aan te passen opdat sociale ondernemingen niet langer uitgesloten worden van de ondersteunende maatregelen voor ondernemen en innoveren. Veel administraties zijn zich nog niet volledig bewust van de implicaties van deze wetswijziging, waardoor sociale ondernemingen vaak niet de ondersteuning krijgen die ze verdienen. Zo betalen managers uit vzw’s vaak een hoger tarief voor vormingen aan business schools of mislopen sociale ondernemingen intellectuele-eigendomsrechten bij samenwerkingen met for-profitondernemingen omdat ze geen hoofdaanvrager van de funding ervoor zijn.
Level playing field
Een van de belangrijkste stappen die we moeten nemen, is het toegankelijk maken van het bestaande aanbod van subsidies en financieringsmaatregelen voor ondernemen & innoveren. Het is essentieel dat de regels en procedures helder zijn, zodat sociale ondernemingen met vertrouwen tijd en moeite kunnen investeren in hun aanvragen. Er is bovendien veel winst te behalen door duidelijke en eenduidige communicatie over het ondersteunend aanbod. Op dit moment bestaat er nog een grijze zone en hanteert de Vlaamse administratie de kmo-definitie niet altijd eenduidig. VLAIO, het Agentschap Innoveren & Ondernemen, spreekt bijvoorbeeld in het ene geval over “vzw’s met economische activiteit” en dan weer over “vzw’s met andere activiteit” of zelfs “vzw’s onderworpen aan de vennootschapsbelasting”. Vaak is het zelfs voor de Vlaamse administratie niet duidelijk wie wel of niet in aanmerking komt (zie bijvoorbeeld de Blue Deal rond waterbesparende investeringen, de cybersecurity verbetertrajecten en de VLAIO Award).
Gelukkig zien we langzaam maar zeker verbeteringen. Portaalsites zoals de Subsidiedatabank van VLAIO worden steeds meer afgestemd op de noden van sociale ondernemingen. Dit zorgt voor een passender en betrouwbaarder gebruik van de beschikbare ondersteuning voor opleiding, advies, investeringen en onderzoek & ontwikkeling.
Sociaal ondernemerschap versterken
Wij zijn ervan overtuigd dat een volledig toegankelijk en rechtszeker instrumentarium de grootste prioriteit verdiend. Dit is namelijk primordiaal voor de VLAIO-doelstellingen rond de diversificatie van het soort ondernemingen die ze bereikt en het verhogen van het aandeel innoverende ondernemingen boven de 75% in alle segmenten. Er lijkt ook budgettair ruimte voor te zijn aangezien het budget dat Vlaanderen jaarlijks uittrekt voor een ondernemerschaps- en innovatiebeleid onderbenut blijft.
Verso en haar partners hebben vandaag binnen het VLAIO-netwerk resoluut hun schouders gezet onder het optimaal ondersteunen van sociale ondernemingen, onder andere binnen het opleidingsaanbod Groeilabz. Een open en gediversifieerd Vlaams beleid rond O&I zal ons in staat stellen deze rol nog beter op te nemen en het rijk ondernemerslandschap binnen de social profit nog te versterken. Verso roept dan ook op tot meer samenwerking en investeringen in sociale ondernemingen. Een sterke social-profitsector is immers essentieel voor het behoud en de versterking van een veerkrachtig, duurzaam en warm Vlaanderen.
Lees al onze aanbevelingen voor een billijk Vlaams ondernemerschapsklimaat in ons memorandum.